Het zal wel even lange verhaal over Ter Gedachtenis de kleermakeij op het oud en nieuw instituut voor doven.
Vermoedelijk de kleermakerij op het instituut was eerder opgericht, daarna het volgt de schoenmakerij. Zie de foto 1900 zo heel ouderwets kleermakerij, Maar wat wel even de afschuwelijk van de foto dat de kleermakersjongens helemaal het gelijk hun boven hoofd met haren werden geheel weggeknipt. Zo het was gebeurde op het oud instituut dat een paar oud leerlingen G Nales en A Broeders hun als de jeugd op het oud instituut hebben ook meegemaakt.
Daar de jongens aan het wassen op de grote en lange wasbak voor 8 jongens met invoer van het water naar maar een gootje. Later kregen de enkele jongens het geplaagde luizen in hun hoofd en kleding. Daar werd de besmettelijk van de andere naar de anderen uitgebreid. Dat was het begonnen de luizenbestrijding dat de jongens zo mogelijk van hun haren van het hoofd moesten weggeknipt, daarna ze onder het wassen met de bestrijding tegen de hoofdluizen de middelen van plantaardige exracten of olien en hun kleding werden naar de anderkant gelegd voor het wassen met de verhitting water om de hoofdluizen zo mogelijk te doden. Een broeder zeide dat men in tropische weer vooral in Juni en zomer dat wordt de kleding wel in de buurt van een mierennest gelegd, waarna de mieren de luizen en de neten opeten. En nog de foto in dit jaar 1920 de jongens in de kleermakerij zaten werken met de onderleiding Br. Servus. Die ook hetzelfde dat de jongens erg veel last door de jeuk in hun hoofden van het geplaagde luizen dat het weer zo erg tropische weer dat de hoofdluizen niet konden verdragen, daarom schuilen de luizen in het hoofd met haren en ook de kleding.
De bestrijdingmiddel tegen de hoofdluizen met een fles van bladeren rozemarijnen en lavendel werd alles goed verholpen.
De kleermaker-leerlingen in de kleermakerij werkten alleen voor de lappenwerk, bijvoorbeeld de zitvlak van de broek de dunner die werd de ronde lap er op gemaakt, dat noemt de kleermaker " pannenkoek op de zitvlak van de broek aanzetten " En ook de elleboog van de mouw met de lapje er op heeft gemaakt. En ook als de jongen de hand in de rechtzak van de broek bleef hangen en Br. Alcuino zag hem en noteert hij op de notitieboekje de naam en nummer van de jongen, daarna hij heeft doorgegeven aan de kleermakerbroeder (Br Chrijsologus (. Nadien werd de jongen opgeroepen en zeide je de broek uit en werd de rechtzak van de broek door de naaimachine dicht gestikt, zoals op mij heeft ook gedaan, in 1943 toen ik bijna 14 jaar oud was, kreeg ik erg jeuk aan mijn boven de piemel en mijn hand in de rechtzak van de broek binnen, krab ik zo erg vaak en kreeg ik het oproep dat mijn broek naar de kleermakerij werd afgegeven en laat Br Aretas mijn rechtzak met de naaimachiene in 5 keer heen en terug wordt dicht gestikt. Later op vakantie ging ik naar huis en maakte mijn vader de koffer open, zag hij de mijn broek de rechtzak was dicht gemaakt en vroeg hij mij Waarom? ik antwoord dat was een verdachte opvoeding van het instituut. En zeide vader dat was onzin en belachelijk, dan wel moest ik mijn vader vertellen de reden van mij veel last van de jeuk aan mijn boven de piemel die moest wel krabben, die het mocht niet daarom de rechtzak van de broek werd dicht gemaakt en linkerzak bleef het gewoon open dat de rechterhand was het meeste gebruikelijk van de bewegingen. Belachelijk ziede vader en de dicht gemaakt van de broek had erg veel moeite los gemaakt.
Voordat Br.Aretas niet op het instituut was. en in de kleermakerij de leerling door Br Josaphat de kleermaker-leraar wordt opgeleid aan het leren van het maken zakken met kleppen, borstzak, binnenzak, achterzak en zakken van de broeken enz.
zie de foto in 1935 de kleermakerij de jongens de diploma's hebben behaald door de opleiding van Br Josaphat dat hij zo pas jaren geleden kwam op het instituut als de kleermaker-leraar dat was voor de eerste keer als de leraar op het instituut. Toch was niet eigenlijk de ambachtschool op het instituut, maar wordt al in rond 1910 ingeschreven in artikel 55 der Nijverheids-onderwijswet. Het bestuur van de stichting vakopleiding voor doofstommen in Nederland volgens het leerlingstelsel.
En dan de foto in 1937 de kleermakerij bleef nog wat onveranderd, maar over 2 en 3 jaar werd verwisseld van Br. Josaphat de kleermaker met Br Aretas de ziekenbroeder voor in 2 keer door het problemen van het onbekwaam als de ziekenbroeder die heeft de zieke jongens zeer slecht behandeld. Dus in de kleermakerij bedreven van alles door de nieuwe kleermaker-leraar Br Aretas werd alles verpest dat gingen nog erg slechter.
Br. Tatianus kwam een jaar eerder in de kleermakerij in 1939 als de kleermaker-leraar dat noemt hij als "B" ( Tweede Klas) Voor Br. Aretas Nummer 1 "A" (Eerste Plaats) die maakte hij geheel verwaardeloos voor de kleermaker leerlingen in 1940, 1941, 1942, 1943, 1944 en 1946 dat hij als de opleiding voor de leerlingen die ze de Leerling-Diploma hebben behaald in met verband van Praktijk met zonder Theorie.
En ook de afgestraft op de jongens dat hun gulpkopen en bretelsknopen van de broek waren kwijt geraakt en kregen ze de flinke prik met de priem en stopnaalden en van het aanzetten met de nieuwe knopen, daarna schopt hij de jongen weg uit de kleermakerij.
Buitengewoon was zeer gelukkig voor de Broeders-kleermakers en de kleermaker-leerlingen dat in 1946 was Br. Aretas van het instituut verlaten, Vooral dank aan Br. Tatianus dat hij in vrije tijd van zijn studie voor het verschillende kleermakerdiploma's dat heeft hij totaal behaald. Zie in foto 1947 de kleermakers met de Broeders elkaar goed rustig en vrolijk gezichten dat ze in de kleermakerij weer rustig kunnen werken.
Eindelijk was het begonnen van de nieuwe ambachtschool de Lager Techinsche School St Joesph in 1947. De volwassen dove kleermakers die ze het laatste op het istituut in de kleermakerij de leerlingtestel diploma hebben behaald , dat vond Br Tatianus niet helemaal voldoende en wilde hij ze kunnen helpen de lessen geven in de vrije weekend decurcus over Theorie en ook gedeeltelijk praktijk. Zie de foto in 1953 dat was van in 1952 begonnen voor de examen gezel A, B, Herencouper en Meester Praktijk en Theorie, Die duurt tot met in 1958 was voor het laatste dat Br.Tatianus van het voorjaar de kennis heeft gesteld dat hij van de zomer in 1959 naar Chili zal vertrekken. De kleermakerij bleef nog enige jaren door zolang de jongens het geheel vrij naar de keuze van hun beroepen en verdween de kleermakerij langzaam. Wel dat de kleermakerij op het oud en nieuw instituut totaal rond 130 jaar bestaan, of iets meer of iets minder dat ik kan niet het juiste voorstellen en berekend, omdat in de boek van het instituut helemaal niets heeft vermeld.
Foto 1 Br. Chrijsologus kwam in rond 1917 op het instituut was hij eerste de groepsleider van de jongens en later in 1924 als het hoofd van de kleermakerij en overleed hij in Maart 1942 en rust op IVD kerkhof.
Foto 2. Br Servus (Belgen) kwam in 1920 op het instituut als de kleermaker-leraar met zijn zeer trouw jaren lang in de kleermakerij met de dove leerlingen heeft opgeleid. Het verdween van de kleermakerij rust hij met een heerlijk sigaar en later vertrok hij naar de Broederhuis in Maastricht.
Foto 3. Br Josaphat kwam in 1930 op het instituut als de kleermaker-leraar en was zeer goed en bekwaam kleermaker, maar hij wordt geheel betrapt van Br Aretas dat moest hij van de kleermakerij het vaarwel zeggen in voor 2 keer als de ziekenbroeder in 1939 en 1940 tot met 1946 verlaat hij van het instituut naar de Broederhuis in Maastricht, aldaar overleed hij in Oktobr 1977 van zijn leeftijd 76 jaar.
Foto 4. Br Aretas kwam in het voorjaar 1937 op het instituut als de ziekenbroeder dat van hem was zeer onervaringen voor de zieke jongens met zeer slecht heeft behandeld. Dat heeft voor hem van zijn overste Br Cheophas uitgeroepen om naar de kleermakerij te sturen. Daar waren zeer ongelukkig voor de dove kleermakers in 1940 - 1946. Hij verlaat van het instituut in 1946 naar ........? dat weet niemand het.
Foto 5. Br Tatianus Kwam in Augustus 1939 op het instituut dat de vooraf van een week geleden was geprofest. Als de kleermaker-leraar en ook examenauteur in ruim 20 jaar lang voor de kleermaker-leerlingen heeft opgeleid. In 1959 vertrok hij naar Chili en daar was hij ook als de overste der Broeders. In Oktober 1987 kwam hij op het instituut voor het afscheid met de aanwezige oud-leerlingen en ging hij naarzijn mooiste plaats bij Broederhuis in Helmond, daarna de enkele jaren van hem de gezondheid ging achteruit, ging naar de Beyart Broederhuis in Maastricht, aldaar overleed hij op 31 Januari 2000.
Br. Edmundo kwam in 1944 op het instituut als de kleermake met de samenwerking van Br Tatianus, Hij was de kleermakerbroeder in de kleermakerij bij de Broederhuis Maastricht daar heeftv hij opgeleid met de jongens. Hij verlaat van het instituut in rond 1956 naar Chili en terugkeer in Nederland van zijn gezondheid ging het niet best en overleed hij op 6 Augustus 2013 van zijn leeftijd 91 jaar en over 9 dagen zou hij 70 jaar broeder op 15 Augustus 2013.
Br. Lauens kwam in 1943 op het instituut als de kleermaker dat deed hij ook met de kleermakers hebben samen gewerkt en ook paar keer in het jaar de volwassen dove kleermakers op het nstituut voor de examen wordt gehouden dat hij maar alleen in de oog gaten houden dat wie er niet mocht uit de kleermakerij weggaat. als het niet tijd was. Enige jaren verliet hij van het instituut naar Maastricht bij de Broedrhuis, aldaar overleed hij op 23 Maart 2002.
Br Boudewinus kwam in 1946 op het instituut als de kleermaker=leraar dat de jongens in de kleermakerij hadden hem zeer hartelijk verwelkomd doordat de beul broeder voor de goed van de kleermakerij verdwijnt. Br Boudewinus werkt ook in het Lager Techinsche School St Joseph. Voor hoelang dat weet ik niet, later vertrok hij van het instituut.
Toen de kleermakerij ter opheffing wordt geplaatst van het achtergelaten van de kleermakersmaterialen, machines, nog anderen. dat door De priester Braam heeft geregeld voor het verkoop van de machines, materialen enz in het gebouw van het Lager Technische School St Joseph. Dat was een oud-leerling Jan Verhagen de broer van Leo Verhagen uit Heesch heeft de elektr zig-zag stikmachine gekocht en nog anderen hebben ook verkocht.Ik ben ook er bij geweest dat de Priester Braam was helemaal niet mee eens met mij dat ik met hem heb gesproken voor de lager prijs dat de naaimachine was verouderd van het oud en nieuw instituut. Ik gaf hem antwoord " houdt je alles maar voor je dat heb ik nu niet meer nodig. Later wist de directeur v Eijndhoven dat en vond hij wel jammer dat ik niets heb gekocht en zeide ik ja dat Mhr Braam was een stijfkop en heeft hij helemaal geen verstand van de kleermakermaterialen. V Eindhoven gaf mij het gelijk, want hij zelf ook kon niet beslist. Klopt ja, daarom voor mij het beste nieuwe zou kopen.
Rene' van der Veen.
Rene' van der Veen
11 jaar geleden
Het een grote dankzij van de uitvinder voor de kleermakers en ook voor de schoenmakers,
Wie de naaimachine uitgevonden, is niet eenvoudig te zeggen. Er zijn in iedere geval meer dan genoeg kanshebberij op de titel.
Het verhaal begint in 1755 in Londen als een Duitse immigrant Charles Weisenthal patent aanvraagt op een naald die gebruikt kan orden voor mechanisch naaien. Hij heeft echter geen idee hoe de machine eromheen zou moeten werken. Nog 34 jaren verstrijken voordat de Engelsman Thomas Saint uitvindt wat de eerste uitvinding blijft echter beperkt tot een patent op jet onderwerp voor een machine om leer te stikken. want als men later probeert naar aanleiding van Saints ontwerp een machines te bouwen, lukt dat niet zonder ingrijpende aanpassingen.
Zo rond 1810 maakte de Duitse Balthasar Krems een apparaat om petten mee te naaien, maar hij vraagt er nooit patent op aan. In die zelfde tijd zit in Australie Josef Madersperger ook niet stil. Deze man producceert een serie machines in het begin van de negentiende eeuw en verkrijgt een patent in 1814.
Fabriekje.
Iemand die zeker aanspraak maakt die op de titel " uitvinder van de naaimachine " is Barthelemy Thimonnier, een arme kleermaker uit Frankrijk.
In 1830 ontwerpt en fabriceert hij een redelijk praktische bijna geheel houten naaimachine. Hij borduurt daarbij voort op de uitvindingen van Weisenthal en Saint. Thimonnier begint een klein fabriekje met tachtig machines en krijgt in 1840 een groter order voor het maken van legerkleding. De kleermaker probeert zijn machine te verbeteren en vraagt patenten aan in Engeland en Amerika. Hij wordt echter voorbijgestreefd door betere ontwerpen van anderen. Een groep kleermakers die zich in hun bestaan bedreigd voelen door de komst en het succes van de naaimachine, bestormt tot twee keer toe de fabrieken vernielt de machines Thimonnier overlijdt in 1887 in de armenhuis.
Wedstrijd.
Ondanks de enrome vlaag van naaimachine-uitvindingen in de eerste helft van de negentiende eeuw wijzen de meeste Amerikanen hun landgenoot Elias Jouwe aan als de uitvinder van het alom geprezen instrument. In 1844 heeft hij het prototype klaar en een jaar later ontvangt hij patent op zijn ontwerp. Howe probeert meteen de kleermakers-industrie warm te maken voor zijn uitvinding. Hij organiseert zelfs een wedstrijd tussen de machine en enkele' ouderwets ' handnaaiers. Ondanks de glorierijke overwinning van de machine en maanden van demons- straties in de wereld nog niet klaar voor mechanisch naaien. Howe verkoopt geen enkel exemplaar.
Hij probeert het vervolgens in Engeland, maar daar krijgt hij eveneens weinig voet aan de grond .
Wanneer hij uiteindelijk straatarm terugkeert naar Amerika. blijkt dat daar de interesse voor het machinaal naaien gewekt is en dat tientallen fabrieken, inclusief de beroemde Singer, druk bezig zijn naaimachine produceren. Die activiteiten zijn overigens in strijd met het patent van Howe
Een lange serie rechtsgedingen volgt en een schikking wordt pas bereikt als de grootste fabrieken hun patenten op een hoop gooien om zo hun monopolie te verdedigen.
Denk je aan naaimachine , dan denk je aan Singer. Het bedrijf van oprichter Isaac M Singer vindt zelf geen bijzondere machine uit, maar is een markleidende pionier door onder meer het huur koopsysteem en agressieve verkooptechnieken.
In 1860 vijftien jaar nadat Howe zijn patent verwerft is Singer de grootste producent van naaimachines ter wereld. Nu komen de meeste naaimachines uit China. Zowel Isaac Singer als Elias Howe is multimiljoenaris als hij sterft.
Wie de naaimachine heeft uitgevonden, is achteraf moeilijk vast te stellen. Duidelijk is echter dat zonder het werk van de talloze kleine uitvinders de droom van het machanisch naaien nooit was uitgekomen.
Heel lang geleden hebben de Egyptenaren hun eerder de uitvinding de onstaan kleermaker en schoenmaker die elkaar het begonnen de Roemeinen met het verschillende kledingen en sandalen, dat de kleermakerij en schoenmakerij bestaat het niet, maar wel van binnen de Piramde heeft de tekeningen gemaakt over de kleermakers en schoenmakers. Zo wat deed de Egyptenaren op de tafel van het maken pantalon met de strijkijzer
In de strijkatelier gebruikt men nog steeds gietijzeren persijzer die op de houtkool vuren werden verhit. De strijkijzer beweegt ze heel bekendig met zijn voetenen spuwt van tijd tot tijd water op het te strijken pantalon om de weerbarstige plooien glad te kunnen strijken.
Vingerhoed.
Een vingerhoed is een klein Half bolvorming omhulseldat over de vingertop kan worden geschoven. Het dient ter bescherming van de vingertop bij het werken met scherpe naalden bij het naaien of bij handwerk. Het vergemakkelijkt het door de stof of het leer heen drukken van de naald en bescherm de huid van de vinger. Er zijn maar twee soorten de naairing voor de kleermakers en vingerhoed voor de naaisters. Het oudste bekende voorwerp dat werd gebruikt om naalden door stof heen te drukken is de druksteen, die in de palm van de hand werd gehouden en waarmee naalden van been of ivoor door de stof heen wordt gedrukt. De druksteen werd in de late steentijd gebruikt.
In Eilsteben bij Maagdenburg is een dergelijke druksteen gevonden van ongeveer 7000 jaar oud met putjes zoals ze in vingerhoeden voorkomen.
Metalen vingerhoeden werden pas gemaakt toen de naalden van staal werden gemaakt . De oudst bekende staalproducie vond in China plaats. De oudste vinger-hoeden zijn ook in China gevonden en dateren uit de late Han-dynastie (ca, 100-220) Deze hadden geen top en waren dus naairingen. De oudste bekende vingerhoeden die voorzien van zijn een top zijn gemaakt in Afghanistan, waarschijnelijk door de Sassaniden (224-642)
In Europa werd de vingerhoed pas in de negende tot twaalf eeuw geintroduceerd. In het Byzantijnse gedeelte van Korinthe. Deze waren van het Chinese model en waarschijnelijk zijn ze via de zijderoute naar Europa gekomen. Gesloten vingerhoeden zijn aangetroffen in Spanje, voornamelijk in Andalusie, Deze vingerhoeden waren door de Moren gemaakt. Voor de bewering dat de Roemeinen vingerhoeden kenden bestaat geen enkel bewijs. In de twaalfde eeuw werden blijkens een opsomming van gebruiksvoorwerperen door Hildegard van Bingen in Duitsland vingerhoeden gebruikt, maar hiervan is geen enkele bewaard gebleven. Wat kan betekenen dat ze uit leer waren vervaardigd.
Tot ca 1530 werden vingerhoeden van brons ( later ook van messing) gegoten of gehamerd in zgn kopermolens, daarna werden ze ook uit platen geperst. Ook werden ze uit edelmetaal vervaardigd. De proctudicie van vingerhoeden was, was geconcentreerd in enkele steden, internationaal gezien was Neurenberg het belangrijkst :
In Nederland vond productie plaats in onder Amsterdam, Vianen en Schoonhoven!!!
Volgende keer over ter gedachtenis de kleermakerij op het oude en nieuw instituut voor doven.
Rene' van der Veen.
Rene' van der Veen.
11 jaar geleden
Gescheidenis ( Bewerken )
In een warme klimaat was de noodzaak van kleding minimaal. Hoe meer de voorouders van de mens uit warme klimaten naar de koudere regio's Migreerden hoe vaker zij uit hun omgeving materialen gebruiken om zich te kleden. Zeer waarschijnelijk met de materialen die werden verkregen als de product van de jacht op voedsel, zoals dierenhuiden of het benutten van gedroogden en samen bebundelde grassen, om het lichaam gewikkeld of gebonden.
Er bestaat weinig kennissen over kleding in de Pre' Historie, omdat kleding gemaakt van organische materialen snel vergaat in de bodem.
Er zijn echter in 1988 gevonden gemaakt uit been en ivoor die uit ongeveer 30.000 voor Christus dateren, de vindt plaats hiervan was bij Kostenki in Rusland.
Parrallei aan de ontwikkeling van de agraische beschaving werden meerdere mogelijkheden gevonden wat beschikbaar was te gebruiken voor kleding. Het domeestieeren van dieren leidde tot het verder gebruik van de huiden van deze dieren. Tegelijker tijt leidde die tot het beroep van leerlooier. De huid bedekking van sommige dieren kon gebruikt worden in de vorm van wol. Dit leidde tot het spinnen van wol en verwerken hiervan de ontwikkeling van landbouw leidde. naast de productie van voedsel tot het produceerden van gewassen die vezels producceerden gebruikte voor spinnen en weven, bijvoorbeeld linnen en katoen.
Kleermaker leerden deze materialen te verwerken. In de afgelopen eeuw heeft men vezels van kunststoffen ontwikkeld die geschikt zijn voor kleding.
Het maken van kleding heeft zich ontwikkeld van in eerste instantie voor rigen gebruikt of de naaste familie naar een grootschalige fabricage.
De distributie en de aanschaf gebruikt in winkels afhankelijk van seizoenen en mode zijn er steeds wijzingen in stijl, stof en afmetingen van de diverse kledingstukken, kleding wordt vaak aangevuld met het gebruik van accessoris om het lichaam te verfraaien of aantrekkelijk te maken,
Lichaamsluis houdt zich schuil in kleding. Er werd van uitgegaan dat de lichaamsluis ongeveer tegelijk onstond met het noment dat mensen kleding gingen dragen.
Door genetisch onderzoek is vast komen te staan dat de lichaamsluis 107.000 jaren geleden ontstaan is.
Ook suggereert dat het dragen van kleding veel minder lang geleden gebruikelijk is geworden dat men tot op dat noment dacht.
Wist je dat.....
De eerste kleding werd van dierenhuiden gemaakt. Die kleding gaf beschermer-ming tegen kou,wind en regen, kleren bescherm ons nog steeds tegen kou, maar wij kunnen ons nu helemaal niet meer zonder voorstellen ook niet in de zomer. Veel mensen zijn modicus gekleed.
De kleren die in de mode zijn, zijn over een paar jaar weer uit de mode.
Als je 300 jaar geleden kleren nodig heeft, ging je naar de kleermakerij tenminste als je rijk was. Natuurlijk werd er wat op gelet dat de kleding volgens de mode was. Voor de Fransen revolutie wilde iedereen kleren hebben, zoals de Fransen, na de revolutie was dat afgelopen en keken de mensen naar Engeland. De laatste 50 jaren is Parijs weer belangerijk geworden, mensen die weinig geld hebben, moesten hier eigen kleding maken of ze kregen de oude spullen van rijke mensen de allerarmste mensen droegen vodden of lappen of wat ze gekregen hadden.
Ongeveer in het jaar 1889 werd de naaimachine uitgevonden. Rijke mensen vonden die confectie kleding maar niets. Zij bleven dingen bedenken om kleding leuker te vinden. Ze gingen ook leuker kleren maken en ook met leuker kleuren. Ook verdienen de mensen steeds meer geld. Er werd zelfs kleding speciaal voor kinderen gemaakt. Er kwamen snijmachine die wel 40 lappen op een stapel tegelijk konden snijden. Zo werden er heel veel dezelfde kleren gebruikt.
Toen kwam de spijkerbroek . Een broek van spijkerbroek in alle kleuren als het maar blauw was. Er werden en worden er nog steeds miljoenen van gemaakt.
Mode van vroeger.
Ongeveer honderd jaar geleden wilde elke rijke dame een wespentaille omdat dat in de mode was, Het corset zal heel strak en ongemakkelijk , maar dat hebben de meeste dames wel voor een slanke middel.
Vroeger waren de mensen heel erg mooi gekleed. Eigenlijk niet alleen mooi maar vooral deftig alles moest mooier groter en heel bijzonder zijn , het was ook belangerijk dat kleding ook mooi was maar echt niet handig. Het asnkleden was vaak een heel werk.
Vroeger de kleermaker van de eeuw terug geleden, hebben ze het kleren geheel met de handen verwerkt met in het gebruik van de lappen wol, linnen en katoen. Zoals in de oorlogtijd in 1940 - 1945 bekende verkoopt van de stoffen die werd van katoen gemaakt aan de deur van elke huizen. Maar de kleermakers waren zeer doodhekel van destoffen die van katoen werden geweven, onder het werk van het gemaakte kostuum onder de persen van de persijzer ruikt het verschrikkelijk stink naar het zuur die lijkt wel bijna op zwavelzuur.
Volgende keer de naaimachine.
Rene' van der Veen.
Rene' van der Veen.
11 jaar geleden
Hier mijn dankzij dat de toetsbord nu het verbeterde van mijn letters het juiste woord heb getypt en vorige de letter niet goed voldoende heb getikt.
De bovenfoto Ter Gedachtenis kleermakerij bij IVD zo wel goed bekend het maken van de kleding in de eeuwen, zoals hiermeder gaat over de eerste mensen op de aarde hebben geleefd. Dat ik in de boek heb gelezen daarvoor ik wel erg ben bewonderd van het eerste leven van de mensen, maar het verhaal betreft in het 2 verdelen. Dus gaat over wat in de Pre' Historie ?
De Gescheidenis kan je verdelen in twee"en de Pre' Historie en de Historie. De Historie begint pas als een volle leert schrijven. De Historie in Europa begint eigenlijk pas bij de Roemeinen zo'n 500 jaar voor Christus.
Voor die tijd kon men in Europa nog niet schrijven.
De Pre' Historie begint dus eigenlijk al bij het onstaan van het leven. Je begrijpt dat deze periode onzettend lang heeft geduurd . De eerste " mensen " waren nog erg primitief en hadden nog niet echt een taal, maar aan het eind van de Pre' Historie droegen de mensen al echte kleding, bouwden ze grote huizen en spraken ze gewoon met elkaar.
De eerste mens. Sommige mensen geloven dat God de eerste mensen Adam en Eva heeft geschapen in het paradijs. Anderen geloven dat de eerste mensen afstand van de apen. O. Zo het vroeger op het instituut door de Roomse Katholiek van de H. Kerk heeft ingeschreven over de Godienstles via de Katechismus dat de eerste mensen die genoemde Adam en Eva door God heeft geschapen, toen Adam de eerste mens op de aarde leefde en zag God dat was niet voldoende en gaf hij Adam in diepe slaap en nam God de rib van Adam het van de nieuw vrouwelijk mens Eva, die samen goed en gelukkig in het Paradijs voor hoelang? Dat weet ik niet precies. Maar de anderkant het hoge geleerde van het onderzoek dat de eerste mensen de afstand van apen die droegen ze alles behaard.
Apen gebruiken namelijk gereedschappen, zoals takken en stenen. De vroegst betekende " mens " soort komt uit Afrika en van daar heeft de mens zich over de wereld verspreid.
Sommige " apensoorten " gingen zich steeds iets verder ontwikkelen leerden meer gereedschappen te gebruiken, gingen meer op de grond leven. Etc. Na duizenden jaren van " evolutie " werden ze steeds " slimmer " en kregen ze een andere uiterlijk.
De eerste mens. De eerste mensen leken nog heel " dierlijk " heel behaard en met een vreemde schedelbouw, Toch werden ze niet dom. Ze konden niet echt met elkaar praten, al hadden ze wel beplaalde klanken , die ze gebruikten voor bepaalde dingen. Ze spraken door middel van gebaren en ze hadden best een goede " woordenschat " . Ook hadden ze ontzettende veel kennis van de natuur van geneeskrachtige planten en kruiden. Ook hadden ze een soort " godsdienst "
Na verloop van tijd veranderden mensen en kregen je modernere mens. Zij waren veel langer en liepen meer rechtop , hun schedel had een andere vorm.
Ze kenden ( glim - ) lachen en huilen. Als een neanderthaler huilde. Dat zat er gewoon wat in zijn oog .
Ze ontwikkelden steeds beter werktuigen, wapens en manieren van jagen en ze besteedden ook meer aandacht van hun uiterlijk . Ook versierden ze werktuigen, kleding en ook hun grotten. Van begin het leven van de mens die het langzaamerhand zelf kon ontwikkelen van het warmte en kou dat komt vanzelf hun kleren die van de huidendieren in lange eeuwen later volgt het men de gescheidenis van het schaap het afgeschoren wol daarna door de spinnenwiel en later naar textiel fabriek laten weven aan de stoffen en naar de kleermakerij voor het kostuum laten vervaardigd en gemaakt. Tot volgende keer.
Rene' van der Veen.
Reactie plaatsen
Reacties
Het zal wel even lange verhaal over Ter Gedachtenis de kleermakeij op het oud en nieuw instituut voor doven.
Vermoedelijk de kleermakerij op het instituut was eerder opgericht, daarna het volgt de schoenmakerij. Zie de foto 1900 zo heel ouderwets kleermakerij, Maar wat wel even de afschuwelijk van de foto dat de kleermakersjongens helemaal het gelijk hun boven hoofd met haren werden geheel weggeknipt. Zo het was gebeurde op het oud instituut dat een paar oud leerlingen G Nales en A Broeders hun als de jeugd op het oud instituut hebben ook meegemaakt.
Daar de jongens aan het wassen op de grote en lange wasbak voor 8 jongens met invoer van het water naar maar een gootje. Later kregen de enkele jongens het geplaagde luizen in hun hoofd en kleding. Daar werd de besmettelijk van de andere naar de anderen uitgebreid. Dat was het begonnen de luizenbestrijding dat de jongens zo mogelijk van hun haren van het hoofd moesten weggeknipt, daarna ze onder het wassen met de bestrijding tegen de hoofdluizen de middelen van plantaardige exracten of olien en hun kleding werden naar de anderkant gelegd voor het wassen met de verhitting water om de hoofdluizen zo mogelijk te doden. Een broeder zeide dat men in tropische weer vooral in Juni en zomer dat wordt de kleding wel in de buurt van een mierennest gelegd, waarna de mieren de luizen en de neten opeten. En nog de foto in dit jaar 1920 de jongens in de kleermakerij zaten werken met de onderleiding Br. Servus. Die ook hetzelfde dat de jongens erg veel last door de jeuk in hun hoofden van het geplaagde luizen dat het weer zo erg tropische weer dat de hoofdluizen niet konden verdragen, daarom schuilen de luizen in het hoofd met haren en ook de kleding.
De bestrijdingmiddel tegen de hoofdluizen met een fles van bladeren rozemarijnen en lavendel werd alles goed verholpen.
De kleermaker-leerlingen in de kleermakerij werkten alleen voor de lappenwerk, bijvoorbeeld de zitvlak van de broek de dunner die werd de ronde lap er op gemaakt, dat noemt de kleermaker " pannenkoek op de zitvlak van de broek aanzetten " En ook de elleboog van de mouw met de lapje er op heeft gemaakt. En ook als de jongen de hand in de rechtzak van de broek bleef hangen en Br. Alcuino zag hem en noteert hij op de notitieboekje de naam en nummer van de jongen, daarna hij heeft doorgegeven aan de kleermakerbroeder (Br Chrijsologus (. Nadien werd de jongen opgeroepen en zeide je de broek uit en werd de rechtzak van de broek door de naaimachine dicht gestikt, zoals op mij heeft ook gedaan, in 1943 toen ik bijna 14 jaar oud was, kreeg ik erg jeuk aan mijn boven de piemel en mijn hand in de rechtzak van de broek binnen, krab ik zo erg vaak en kreeg ik het oproep dat mijn broek naar de kleermakerij werd afgegeven en laat Br Aretas mijn rechtzak met de naaimachiene in 5 keer heen en terug wordt dicht gestikt. Later op vakantie ging ik naar huis en maakte mijn vader de koffer open, zag hij de mijn broek de rechtzak was dicht gemaakt en vroeg hij mij Waarom? ik antwoord dat was een verdachte opvoeding van het instituut. En zeide vader dat was onzin en belachelijk, dan wel moest ik mijn vader vertellen de reden van mij veel last van de jeuk aan mijn boven de piemel die moest wel krabben, die het mocht niet daarom de rechtzak van de broek werd dicht gemaakt en linkerzak bleef het gewoon open dat de rechterhand was het meeste gebruikelijk van de bewegingen. Belachelijk ziede vader en de dicht gemaakt van de broek had erg veel moeite los gemaakt.
Voordat Br.Aretas niet op het instituut was. en in de kleermakerij de leerling door Br Josaphat de kleermaker-leraar wordt opgeleid aan het leren van het maken zakken met kleppen, borstzak, binnenzak, achterzak en zakken van de broeken enz.
zie de foto in 1935 de kleermakerij de jongens de diploma's hebben behaald door de opleiding van Br Josaphat dat hij zo pas jaren geleden kwam op het instituut als de kleermaker-leraar dat was voor de eerste keer als de leraar op het instituut. Toch was niet eigenlijk de ambachtschool op het instituut, maar wordt al in rond 1910 ingeschreven in artikel 55 der Nijverheids-onderwijswet. Het bestuur van de stichting vakopleiding voor doofstommen in Nederland volgens het leerlingstelsel.
En dan de foto in 1937 de kleermakerij bleef nog wat onveranderd, maar over 2 en 3 jaar werd verwisseld van Br. Josaphat de kleermaker met Br Aretas de ziekenbroeder voor in 2 keer door het problemen van het onbekwaam als de ziekenbroeder die heeft de zieke jongens zeer slecht behandeld. Dus in de kleermakerij bedreven van alles door de nieuwe kleermaker-leraar Br Aretas werd alles verpest dat gingen nog erg slechter.
Br. Tatianus kwam een jaar eerder in de kleermakerij in 1939 als de kleermaker-leraar dat noemt hij als "B" ( Tweede Klas) Voor Br. Aretas Nummer 1 "A" (Eerste Plaats) die maakte hij geheel verwaardeloos voor de kleermaker leerlingen in 1940, 1941, 1942, 1943, 1944 en 1946 dat hij als de opleiding voor de leerlingen die ze de Leerling-Diploma hebben behaald in met verband van Praktijk met zonder Theorie.
En ook de afgestraft op de jongens dat hun gulpkopen en bretelsknopen van de broek waren kwijt geraakt en kregen ze de flinke prik met de priem en stopnaalden en van het aanzetten met de nieuwe knopen, daarna schopt hij de jongen weg uit de kleermakerij.
Buitengewoon was zeer gelukkig voor de Broeders-kleermakers en de kleermaker-leerlingen dat in 1946 was Br. Aretas van het instituut verlaten, Vooral dank aan Br. Tatianus dat hij in vrije tijd van zijn studie voor het verschillende kleermakerdiploma's dat heeft hij totaal behaald. Zie in foto 1947 de kleermakers met de Broeders elkaar goed rustig en vrolijk gezichten dat ze in de kleermakerij weer rustig kunnen werken.
Eindelijk was het begonnen van de nieuwe ambachtschool de Lager Techinsche School St Joesph in 1947. De volwassen dove kleermakers die ze het laatste op het istituut in de kleermakerij de leerlingtestel diploma hebben behaald , dat vond Br Tatianus niet helemaal voldoende en wilde hij ze kunnen helpen de lessen geven in de vrije weekend decurcus over Theorie en ook gedeeltelijk praktijk. Zie de foto in 1953 dat was van in 1952 begonnen voor de examen gezel A, B, Herencouper en Meester Praktijk en Theorie, Die duurt tot met in 1958 was voor het laatste dat Br.Tatianus van het voorjaar de kennis heeft gesteld dat hij van de zomer in 1959 naar Chili zal vertrekken. De kleermakerij bleef nog enige jaren door zolang de jongens het geheel vrij naar de keuze van hun beroepen en verdween de kleermakerij langzaam. Wel dat de kleermakerij op het oud en nieuw instituut totaal rond 130 jaar bestaan, of iets meer of iets minder dat ik kan niet het juiste voorstellen en berekend, omdat in de boek van het instituut helemaal niets heeft vermeld.
Foto 1 Br. Chrijsologus kwam in rond 1917 op het instituut was hij eerste de groepsleider van de jongens en later in 1924 als het hoofd van de kleermakerij en overleed hij in Maart 1942 en rust op IVD kerkhof.
Foto 2. Br Servus (Belgen) kwam in 1920 op het instituut als de kleermaker-leraar met zijn zeer trouw jaren lang in de kleermakerij met de dove leerlingen heeft opgeleid. Het verdween van de kleermakerij rust hij met een heerlijk sigaar en later vertrok hij naar de Broederhuis in Maastricht.
Foto 3. Br Josaphat kwam in 1930 op het instituut als de kleermaker-leraar en was zeer goed en bekwaam kleermaker, maar hij wordt geheel betrapt van Br Aretas dat moest hij van de kleermakerij het vaarwel zeggen in voor 2 keer als de ziekenbroeder in 1939 en 1940 tot met 1946 verlaat hij van het instituut naar de Broederhuis in Maastricht, aldaar overleed hij in Oktobr 1977 van zijn leeftijd 76 jaar.
Foto 4. Br Aretas kwam in het voorjaar 1937 op het instituut als de ziekenbroeder dat van hem was zeer onervaringen voor de zieke jongens met zeer slecht heeft behandeld. Dat heeft voor hem van zijn overste Br Cheophas uitgeroepen om naar de kleermakerij te sturen. Daar waren zeer ongelukkig voor de dove kleermakers in 1940 - 1946. Hij verlaat van het instituut in 1946 naar ........? dat weet niemand het.
Foto 5. Br Tatianus Kwam in Augustus 1939 op het instituut dat de vooraf van een week geleden was geprofest. Als de kleermaker-leraar en ook examenauteur in ruim 20 jaar lang voor de kleermaker-leerlingen heeft opgeleid. In 1959 vertrok hij naar Chili en daar was hij ook als de overste der Broeders. In Oktober 1987 kwam hij op het instituut voor het afscheid met de aanwezige oud-leerlingen en ging hij naarzijn mooiste plaats bij Broederhuis in Helmond, daarna de enkele jaren van hem de gezondheid ging achteruit, ging naar de Beyart Broederhuis in Maastricht, aldaar overleed hij op 31 Januari 2000.
Br. Edmundo kwam in 1944 op het instituut als de kleermake met de samenwerking van Br Tatianus, Hij was de kleermakerbroeder in de kleermakerij bij de Broederhuis Maastricht daar heeftv hij opgeleid met de jongens. Hij verlaat van het instituut in rond 1956 naar Chili en terugkeer in Nederland van zijn gezondheid ging het niet best en overleed hij op 6 Augustus 2013 van zijn leeftijd 91 jaar en over 9 dagen zou hij 70 jaar broeder op 15 Augustus 2013.
Br. Lauens kwam in 1943 op het instituut als de kleermaker dat deed hij ook met de kleermakers hebben samen gewerkt en ook paar keer in het jaar de volwassen dove kleermakers op het nstituut voor de examen wordt gehouden dat hij maar alleen in de oog gaten houden dat wie er niet mocht uit de kleermakerij weggaat. als het niet tijd was. Enige jaren verliet hij van het instituut naar Maastricht bij de Broedrhuis, aldaar overleed hij op 23 Maart 2002.
Br Boudewinus kwam in 1946 op het instituut als de kleermaker=leraar dat de jongens in de kleermakerij hadden hem zeer hartelijk verwelkomd doordat de beul broeder voor de goed van de kleermakerij verdwijnt. Br Boudewinus werkt ook in het Lager Techinsche School St Joseph. Voor hoelang dat weet ik niet, later vertrok hij van het instituut.
Toen de kleermakerij ter opheffing wordt geplaatst van het achtergelaten van de kleermakersmaterialen, machines, nog anderen. dat door De priester Braam heeft geregeld voor het verkoop van de machines, materialen enz in het gebouw van het Lager Technische School St Joseph. Dat was een oud-leerling Jan Verhagen de broer van Leo Verhagen uit Heesch heeft de elektr zig-zag stikmachine gekocht en nog anderen hebben ook verkocht.Ik ben ook er bij geweest dat de Priester Braam was helemaal niet mee eens met mij dat ik met hem heb gesproken voor de lager prijs dat de naaimachine was verouderd van het oud en nieuw instituut. Ik gaf hem antwoord " houdt je alles maar voor je dat heb ik nu niet meer nodig. Later wist de directeur v Eijndhoven dat en vond hij wel jammer dat ik niets heb gekocht en zeide ik ja dat Mhr Braam was een stijfkop en heeft hij helemaal geen verstand van de kleermakermaterialen. V Eindhoven gaf mij het gelijk, want hij zelf ook kon niet beslist. Klopt ja, daarom voor mij het beste nieuwe zou kopen.
Rene' van der Veen.
Het een grote dankzij van de uitvinder voor de kleermakers en ook voor de schoenmakers,
Wie de naaimachine uitgevonden, is niet eenvoudig te zeggen. Er zijn in iedere geval meer dan genoeg kanshebberij op de titel.
Het verhaal begint in 1755 in Londen als een Duitse immigrant Charles Weisenthal patent aanvraagt op een naald die gebruikt kan orden voor mechanisch naaien. Hij heeft echter geen idee hoe de machine eromheen zou moeten werken. Nog 34 jaren verstrijken voordat de Engelsman Thomas Saint uitvindt wat de eerste uitvinding blijft echter beperkt tot een patent op jet onderwerp voor een machine om leer te stikken. want als men later probeert naar aanleiding van Saints ontwerp een machines te bouwen, lukt dat niet zonder ingrijpende aanpassingen.
Zo rond 1810 maakte de Duitse Balthasar Krems een apparaat om petten mee te naaien, maar hij vraagt er nooit patent op aan. In die zelfde tijd zit in Australie Josef Madersperger ook niet stil. Deze man producceert een serie machines in het begin van de negentiende eeuw en verkrijgt een patent in 1814.
Fabriekje.
Iemand die zeker aanspraak maakt die op de titel " uitvinder van de naaimachine " is Barthelemy Thimonnier, een arme kleermaker uit Frankrijk.
In 1830 ontwerpt en fabriceert hij een redelijk praktische bijna geheel houten naaimachine. Hij borduurt daarbij voort op de uitvindingen van Weisenthal en Saint. Thimonnier begint een klein fabriekje met tachtig machines en krijgt in 1840 een groter order voor het maken van legerkleding. De kleermaker probeert zijn machine te verbeteren en vraagt patenten aan in Engeland en Amerika. Hij wordt echter voorbijgestreefd door betere ontwerpen van anderen. Een groep kleermakers die zich in hun bestaan bedreigd voelen door de komst en het succes van de naaimachine, bestormt tot twee keer toe de fabrieken vernielt de machines Thimonnier overlijdt in 1887 in de armenhuis.
Wedstrijd.
Ondanks de enrome vlaag van naaimachine-uitvindingen in de eerste helft van de negentiende eeuw wijzen de meeste Amerikanen hun landgenoot Elias Jouwe aan als de uitvinder van het alom geprezen instrument. In 1844 heeft hij het prototype klaar en een jaar later ontvangt hij patent op zijn ontwerp. Howe probeert meteen de kleermakers-industrie warm te maken voor zijn uitvinding. Hij organiseert zelfs een wedstrijd tussen de machine en enkele' ouderwets ' handnaaiers. Ondanks de glorierijke overwinning van de machine en maanden van demons- straties in de wereld nog niet klaar voor mechanisch naaien. Howe verkoopt geen enkel exemplaar.
Hij probeert het vervolgens in Engeland, maar daar krijgt hij eveneens weinig voet aan de grond .
Wanneer hij uiteindelijk straatarm terugkeert naar Amerika. blijkt dat daar de interesse voor het machinaal naaien gewekt is en dat tientallen fabrieken, inclusief de beroemde Singer, druk bezig zijn naaimachine produceren. Die activiteiten zijn overigens in strijd met het patent van Howe
Een lange serie rechtsgedingen volgt en een schikking wordt pas bereikt als de grootste fabrieken hun patenten op een hoop gooien om zo hun monopolie te verdedigen.
Denk je aan naaimachine , dan denk je aan Singer. Het bedrijf van oprichter Isaac M Singer vindt zelf geen bijzondere machine uit, maar is een markleidende pionier door onder meer het huur koopsysteem en agressieve verkooptechnieken.
In 1860 vijftien jaar nadat Howe zijn patent verwerft is Singer de grootste producent van naaimachines ter wereld. Nu komen de meeste naaimachines uit China. Zowel Isaac Singer als Elias Howe is multimiljoenaris als hij sterft.
Wie de naaimachine heeft uitgevonden, is achteraf moeilijk vast te stellen. Duidelijk is echter dat zonder het werk van de talloze kleine uitvinders de droom van het machanisch naaien nooit was uitgekomen.
Heel lang geleden hebben de Egyptenaren hun eerder de uitvinding de onstaan kleermaker en schoenmaker die elkaar het begonnen de Roemeinen met het verschillende kledingen en sandalen, dat de kleermakerij en schoenmakerij bestaat het niet, maar wel van binnen de Piramde heeft de tekeningen gemaakt over de kleermakers en schoenmakers. Zo wat deed de Egyptenaren op de tafel van het maken pantalon met de strijkijzer
In de strijkatelier gebruikt men nog steeds gietijzeren persijzer die op de houtkool vuren werden verhit. De strijkijzer beweegt ze heel bekendig met zijn voetenen spuwt van tijd tot tijd water op het te strijken pantalon om de weerbarstige plooien glad te kunnen strijken.
Vingerhoed.
Een vingerhoed is een klein Half bolvorming omhulseldat over de vingertop kan worden geschoven. Het dient ter bescherming van de vingertop bij het werken met scherpe naalden bij het naaien of bij handwerk. Het vergemakkelijkt het door de stof of het leer heen drukken van de naald en bescherm de huid van de vinger. Er zijn maar twee soorten de naairing voor de kleermakers en vingerhoed voor de naaisters. Het oudste bekende voorwerp dat werd gebruikt om naalden door stof heen te drukken is de druksteen, die in de palm van de hand werd gehouden en waarmee naalden van been of ivoor door de stof heen wordt gedrukt. De druksteen werd in de late steentijd gebruikt.
In Eilsteben bij Maagdenburg is een dergelijke druksteen gevonden van ongeveer 7000 jaar oud met putjes zoals ze in vingerhoeden voorkomen.
Metalen vingerhoeden werden pas gemaakt toen de naalden van staal werden gemaakt . De oudst bekende staalproducie vond in China plaats. De oudste vinger-hoeden zijn ook in China gevonden en dateren uit de late Han-dynastie (ca, 100-220) Deze hadden geen top en waren dus naairingen. De oudste bekende vingerhoeden die voorzien van zijn een top zijn gemaakt in Afghanistan, waarschijnelijk door de Sassaniden (224-642)
In Europa werd de vingerhoed pas in de negende tot twaalf eeuw geintroduceerd. In het Byzantijnse gedeelte van Korinthe. Deze waren van het Chinese model en waarschijnelijk zijn ze via de zijderoute naar Europa gekomen. Gesloten vingerhoeden zijn aangetroffen in Spanje, voornamelijk in Andalusie, Deze vingerhoeden waren door de Moren gemaakt. Voor de bewering dat de Roemeinen vingerhoeden kenden bestaat geen enkel bewijs. In de twaalfde eeuw werden blijkens een opsomming van gebruiksvoorwerperen door Hildegard van Bingen in Duitsland vingerhoeden gebruikt, maar hiervan is geen enkele bewaard gebleven. Wat kan betekenen dat ze uit leer waren vervaardigd.
Tot ca 1530 werden vingerhoeden van brons ( later ook van messing) gegoten of gehamerd in zgn kopermolens, daarna werden ze ook uit platen geperst. Ook werden ze uit edelmetaal vervaardigd. De proctudicie van vingerhoeden was, was geconcentreerd in enkele steden, internationaal gezien was Neurenberg het belangrijkst :
In Nederland vond productie plaats in onder Amsterdam, Vianen en Schoonhoven!!!
Volgende keer over ter gedachtenis de kleermakerij op het oude en nieuw instituut voor doven.
Rene' van der Veen.
Gescheidenis ( Bewerken )
In een warme klimaat was de noodzaak van kleding minimaal. Hoe meer de voorouders van de mens uit warme klimaten naar de koudere regio's Migreerden hoe vaker zij uit hun omgeving materialen gebruiken om zich te kleden. Zeer waarschijnelijk met de materialen die werden verkregen als de product van de jacht op voedsel, zoals dierenhuiden of het benutten van gedroogden en samen bebundelde grassen, om het lichaam gewikkeld of gebonden.
Er bestaat weinig kennissen over kleding in de Pre' Historie, omdat kleding gemaakt van organische materialen snel vergaat in de bodem.
Er zijn echter in 1988 gevonden gemaakt uit been en ivoor die uit ongeveer 30.000 voor Christus dateren, de vindt plaats hiervan was bij Kostenki in Rusland.
Parrallei aan de ontwikkeling van de agraische beschaving werden meerdere mogelijkheden gevonden wat beschikbaar was te gebruiken voor kleding. Het domeestieeren van dieren leidde tot het verder gebruik van de huiden van deze dieren. Tegelijker tijt leidde die tot het beroep van leerlooier. De huid bedekking van sommige dieren kon gebruikt worden in de vorm van wol. Dit leidde tot het spinnen van wol en verwerken hiervan de ontwikkeling van landbouw leidde. naast de productie van voedsel tot het produceerden van gewassen die vezels producceerden gebruikte voor spinnen en weven, bijvoorbeeld linnen en katoen.
Kleermaker leerden deze materialen te verwerken. In de afgelopen eeuw heeft men vezels van kunststoffen ontwikkeld die geschikt zijn voor kleding.
Het maken van kleding heeft zich ontwikkeld van in eerste instantie voor rigen gebruikt of de naaste familie naar een grootschalige fabricage.
De distributie en de aanschaf gebruikt in winkels afhankelijk van seizoenen en mode zijn er steeds wijzingen in stijl, stof en afmetingen van de diverse kledingstukken, kleding wordt vaak aangevuld met het gebruik van accessoris om het lichaam te verfraaien of aantrekkelijk te maken,
Lichaamsluis houdt zich schuil in kleding. Er werd van uitgegaan dat de lichaamsluis ongeveer tegelijk onstond met het noment dat mensen kleding gingen dragen.
Door genetisch onderzoek is vast komen te staan dat de lichaamsluis 107.000 jaren geleden ontstaan is.
Ook suggereert dat het dragen van kleding veel minder lang geleden gebruikelijk is geworden dat men tot op dat noment dacht.
Wist je dat.....
De eerste kleding werd van dierenhuiden gemaakt. Die kleding gaf beschermer-ming tegen kou,wind en regen, kleren bescherm ons nog steeds tegen kou, maar wij kunnen ons nu helemaal niet meer zonder voorstellen ook niet in de zomer. Veel mensen zijn modicus gekleed.
De kleren die in de mode zijn, zijn over een paar jaar weer uit de mode.
Als je 300 jaar geleden kleren nodig heeft, ging je naar de kleermakerij tenminste als je rijk was. Natuurlijk werd er wat op gelet dat de kleding volgens de mode was. Voor de Fransen revolutie wilde iedereen kleren hebben, zoals de Fransen, na de revolutie was dat afgelopen en keken de mensen naar Engeland. De laatste 50 jaren is Parijs weer belangerijk geworden, mensen die weinig geld hebben, moesten hier eigen kleding maken of ze kregen de oude spullen van rijke mensen de allerarmste mensen droegen vodden of lappen of wat ze gekregen hadden.
Ongeveer in het jaar 1889 werd de naaimachine uitgevonden. Rijke mensen vonden die confectie kleding maar niets. Zij bleven dingen bedenken om kleding leuker te vinden. Ze gingen ook leuker kleren maken en ook met leuker kleuren. Ook verdienen de mensen steeds meer geld. Er werd zelfs kleding speciaal voor kinderen gemaakt. Er kwamen snijmachine die wel 40 lappen op een stapel tegelijk konden snijden. Zo werden er heel veel dezelfde kleren gebruikt.
Toen kwam de spijkerbroek . Een broek van spijkerbroek in alle kleuren als het maar blauw was. Er werden en worden er nog steeds miljoenen van gemaakt.
Mode van vroeger.
Ongeveer honderd jaar geleden wilde elke rijke dame een wespentaille omdat dat in de mode was, Het corset zal heel strak en ongemakkelijk , maar dat hebben de meeste dames wel voor een slanke middel.
Vroeger waren de mensen heel erg mooi gekleed. Eigenlijk niet alleen mooi maar vooral deftig alles moest mooier groter en heel bijzonder zijn , het was ook belangerijk dat kleding ook mooi was maar echt niet handig. Het asnkleden was vaak een heel werk.
Vroeger de kleermaker van de eeuw terug geleden, hebben ze het kleren geheel met de handen verwerkt met in het gebruik van de lappen wol, linnen en katoen. Zoals in de oorlogtijd in 1940 - 1945 bekende verkoopt van de stoffen die werd van katoen gemaakt aan de deur van elke huizen. Maar de kleermakers waren zeer doodhekel van destoffen die van katoen werden geweven, onder het werk van het gemaakte kostuum onder de persen van de persijzer ruikt het verschrikkelijk stink naar het zuur die lijkt wel bijna op zwavelzuur.
Volgende keer de naaimachine.
Rene' van der Veen.
Hier mijn dankzij dat de toetsbord nu het verbeterde van mijn letters het juiste woord heb getypt en vorige de letter niet goed voldoende heb getikt.
De bovenfoto Ter Gedachtenis kleermakerij bij IVD zo wel goed bekend het maken van de kleding in de eeuwen, zoals hiermeder gaat over de eerste mensen op de aarde hebben geleefd. Dat ik in de boek heb gelezen daarvoor ik wel erg ben bewonderd van het eerste leven van de mensen, maar het verhaal betreft in het 2 verdelen. Dus gaat over wat in de Pre' Historie ?
De Gescheidenis kan je verdelen in twee"en de Pre' Historie en de Historie. De Historie begint pas als een volle leert schrijven. De Historie in Europa begint eigenlijk pas bij de Roemeinen zo'n 500 jaar voor Christus.
Voor die tijd kon men in Europa nog niet schrijven.
De Pre' Historie begint dus eigenlijk al bij het onstaan van het leven. Je begrijpt dat deze periode onzettend lang heeft geduurd . De eerste " mensen " waren nog erg primitief en hadden nog niet echt een taal, maar aan het eind van de Pre' Historie droegen de mensen al echte kleding, bouwden ze grote huizen en spraken ze gewoon met elkaar.
De eerste mens. Sommige mensen geloven dat God de eerste mensen Adam en Eva heeft geschapen in het paradijs. Anderen geloven dat de eerste mensen afstand van de apen. O. Zo het vroeger op het instituut door de Roomse Katholiek van de H. Kerk heeft ingeschreven over de Godienstles via de Katechismus dat de eerste mensen die genoemde Adam en Eva door God heeft geschapen, toen Adam de eerste mens op de aarde leefde en zag God dat was niet voldoende en gaf hij Adam in diepe slaap en nam God de rib van Adam het van de nieuw vrouwelijk mens Eva, die samen goed en gelukkig in het Paradijs voor hoelang? Dat weet ik niet precies. Maar de anderkant het hoge geleerde van het onderzoek dat de eerste mensen de afstand van apen die droegen ze alles behaard.
Apen gebruiken namelijk gereedschappen, zoals takken en stenen. De vroegst betekende " mens " soort komt uit Afrika en van daar heeft de mens zich over de wereld verspreid.
Sommige " apensoorten " gingen zich steeds iets verder ontwikkelen leerden meer gereedschappen te gebruiken, gingen meer op de grond leven. Etc. Na duizenden jaren van " evolutie " werden ze steeds " slimmer " en kregen ze een andere uiterlijk.
De eerste mens. De eerste mensen leken nog heel " dierlijk " heel behaard en met een vreemde schedelbouw, Toch werden ze niet dom. Ze konden niet echt met elkaar praten, al hadden ze wel beplaalde klanken , die ze gebruikten voor bepaalde dingen. Ze spraken door middel van gebaren en ze hadden best een goede " woordenschat " . Ook hadden ze ontzettende veel kennis van de natuur van geneeskrachtige planten en kruiden. Ook hadden ze een soort " godsdienst "
Na verloop van tijd veranderden mensen en kregen je modernere mens. Zij waren veel langer en liepen meer rechtop , hun schedel had een andere vorm.
Ze kenden ( glim - ) lachen en huilen. Als een neanderthaler huilde. Dat zat er gewoon wat in zijn oog .
Ze ontwikkelden steeds beter werktuigen, wapens en manieren van jagen en ze besteedden ook meer aandacht van hun uiterlijk . Ook versierden ze werktuigen, kleding en ook hun grotten. Van begin het leven van de mens die het langzaamerhand zelf kon ontwikkelen van het warmte en kou dat komt vanzelf hun kleren die van de huidendieren in lange eeuwen later volgt het men de gescheidenis van het schaap het afgeschoren wol daarna door de spinnenwiel en later naar textiel fabriek laten weven aan de stoffen en naar de kleermakerij voor het kostuum laten vervaardigd en gemaakt. Tot volgende keer.
Rene' van der Veen.